Ter ziele gegaan: de hemelpoort
Dit hofje was aanvankelijk gelegen in de Sliksteeg (nu Leliestraat) en werd rond 1609 verplaatst naar naar een poortje in de Schagchelstraat.
Testamentair opgericht
Op 15 oktober 1550 liet Catharina Claesdochter, weduwe van Frans Claeszoon Velserman, haar testament opmaken. Daarin bestemden zij vijf cameren (huisjes bestaande uit één vertrek) aan de stadsmuur bij de hoge molen alsmede twee cameren daarnaast in de Sliksteeg als hofje voor onvermogende vrouwen. Familieleden moesten daarbij voorrang krijgen op vreemden.
Totstandkoming & verplaatsing
Na Catharina’s dood kwam het hofje tot stand met als regenten haar nakomelingen. Als het hofje in 1609 in niet al te beste staat is vragen de regenten aan de burgemeesters toestemming om de huisjes te verkopen zodat van de opbrengst elders woningen voor een nieuw hofje aangekocht konden worden. Die toestemming werd verleend en vervolgens hofje de Hemelpoort gevestigd in de Schagchelstraat.
Mini Hofje
In de Schagchelstraat telde het hofje aanvankelijk drie en later twee cameren (één-kamer woningen). Hiermee was het waarschijnlijk het kleinste hofje van Haarlem en misschien wel van Nederland. Uit een notariële akte uit 1905 blijkt dat het gangetje of de binnenruimte van het hofje 50 centiaren telt, wat gelijk staat aan 50 vierkante meter. toegang tot de poort werd via die akte gedeeld met een andere aan het gangetje gelegen pand.
Einde van De Hemelpoort
Het regentschap is in de 1783 verenigd met dat van Hofje de Dubbele Muts, het Verwershofje en het Guurt Burretshofje: hofje de Hemelpoort kwam toen namens het R.K. armenbestuur onder beheer van de regenten van het Sint Jacobs Gasthuis. In 1926 is het hofje verdwenen. Het boogpoortje De Hemelpoort in de Schagchelstraat op nummer 35 bestaat nog steeds en is een rijksmonument.